De Griekse penetraties.
---------------------------
Thucydides (VI, 2) beschrijft dat als volgt
“Maar toen de
Hellenen in grote getale over zee aan kwamen varen, verlieten zij (de
Feniciërs) de meeste van die plaatsen en bepaalden zich tot Motua en Soleis
en Panormos in de buurtschap van de Elumers en hielden die in bezit,
vertrouwend op hun bondgenootschap met de Elumers en op het feit dat van daar
de kortste overvaart was van Karthago naar Sikelia.”
Als de Grieken nu bij de buurtschap van de Elymiërs waren
gestopt, had iedereen tevreden kunnen zijn met deze verdeling van Sicilië.
Hun opmars ging echter verder en dat zou tot tal van confrontaties gaan
leiden. Pentathlos is omstreeks 580 v.C de eerste Griek, die voorbij Selinous
een nederzetting probeert te vestigen. Hij wordt door de gebundelde legertjes
van Feniciërs en Elymiërs verdreven. Dorieus is ergens tussen 520 en 510 v C
de volgende en die heeft Eryx zelf op het oog.
Herodotos (V,43): “.....
kreeg hij van Anticharès, een man van Eloon, de raad om op grond van de
orakels van Laios zich te vestigen in Hérakleia op Sicilië; deze verklaarde,
dat het hele gebied van Eryx aan de Hérakleiden toebehoorde, omdat Héraklès
zelf het verworven had. Toen hij dat hoorde, ging hij naar Delphoi om het
orakel te vragen, of hij het gebied, waarheen hij op weg was, zou veroveren
en de Pythia voorspelde hem, dat hij het zou veroveren. Toen zette Dorieus
met de vloot, die hij ook naar Libya had gevoerd, koers naar Italia.”
Dorieus heeft een orakel nodig om genoeg geestelijke
veerkracht vergaren bij deze gewaagde onderneming. Maar ook deze keer wordt
de binnenvallende Griek verslagen, zoals Werner Huss in “Die Karthager” (blz
29) weergeeft:
“Zusammen mit seinen
Landsleuten Thessalos, Paraibates, Kelees und Euryleon segelte er in den
Westen und suchte in der Nähe des Eryx Fuss zu fassen. Der von ihm
gegründeten Apoika gab er den Namen Herakleia. Bald traf er jedoch auf den
entschlossenen Widerstand der Segestaier, die die Karthager um Unterstützung
baten. Die gegensätzlichen Interessen entluden sich in einer Schlacht, in der
die Spartaner unterlagen. Von den führenden Männern kam allein Euryleon mit
dem Leben davon.”
Opvallend is, dat voor het eerst Carthago zelf
rechtstreeks ingrijpt in Sicilië. Opvallend is ook, dat er gesproken wordt
van Segesta en niet meer van de Elymiërs.
Carthago is ondertussen bondgenootschappen aangegaan met
diverse Griekse tirannen op het eiland. Wanneer een van die bevriende tirannen
door een vijandelijke tiran wordt verdreven te Himera, acht Carthago de tijd
gekomen om in te grijpen. In 480 v.C komt het tot een confrontatie te Himera,
waarbij het leger van Hamilcar verslagen wordt door de gecombineerde
strijdkrachten van Himera, Gela en Syracuse. Dat heeft grote gevolgen voor de
streek van de Elymiërs, want Carthago trekt zich terug op het Afrikaanse
achterland. Alleen de Fenicische nederzettingen Motya, Panormus en Solus
(Kafer) kunnen nog op Carthaagse steun rekenen. Van 480-410 v.C moet de
streek rond Segesta op eigen kracht zien te overleven. Aan de uitgifte van
munten is de veranderde situatie goed te zien. B.H.Warmington (Carthage, blz
84-85) maakt daar de volgende opmerkingen over:
“It is true that officials of Elymian Eryx
came to be called by the Carthaginian name ‘sufets’ and her coins to carry
Phoenician legends……. In the fifth century, Elymian Eryx had coins similar to
those of the Greek cities, with legends in Greek…. The coinage of Segesta also stopped at
the end of the fifth century, and the coins of Eryx subsequently carried
Phoenician legends.”
In die tijd komt deze stad steeds vaker in conflict met de
Griekse stad Selinous.
Ten einde raad vraagt Segesta aan Athene om in te grijpen.
Athene aarzelt, maar trapt in een truc, die de Segestanen toepassen. Dit
wordt beschreven door Thucydides (VI, 46):
“De Segestaiërs nu
hadden het volgende listig verzonnen, die keer, toen de eerste gezanten van
de Atheners bij hen kwamen om zich op de hoogte te stellen van de
geldmiddelen. Zij hadden hen gebracht naar de tempel van Aphrodite in Erux en
toonden hun de wijgeschenken, schalen, schenk-kannen en reukvaten en ander
gerei van een niet geringe omvang, die van zilver zijnde veel meer waard
toonden voor het oog dan de geringe geldswaarde die ze vertegenwoordigden; en
in het bijzonder hadden ze maaltijden aangericht voor de roeiers en daar
gouden en zilveren bekers uit Segesta zelf bij elkaar gehaald en die uit de
naburige Phoinikische en Helleense steden te leen gevraagd en die telkens op
de gastmalen als hun bijzonder eigendom vertoond en daar allen voor het
merendeel dezelfde dingen gebruikten en er overal vele schenen te zijn, zette
het de Atheners van de triëren in stomme verbazing en, in Athene teruggekeerd
maakten zij er zoveel ophef van zoveel waarde als zij daar gezien hadden.”
Het bedrog komt natuurlijk een keer uit, maar dan is de
Atheense vloot al rond Sicilië en komt het tot een confrontatie voor de muren
van Syracuse. Onderwijl houdt Carthago zich muisstil en laat de Grieken het
onderling (Ioniërs tegen Doriërs) maar uitvechten. Dat leidt uiteindelijk tot
een rampzalige nederlaag van de Atheners. Pas daarna acht Carthago de tijd
gekomen om in te grijpen.
Hannibal, de zoon van Mago, landt in 410 v.C met een forse
expeditiemacht in West-Sicilië en schakelt Selinous en Himera
achtereenvolgens uit. Geheel West-Sicilië gaat nu de Carthaagse epikratie
vormen, waartoe ook het Elymische gebied en Selinous gaan behoren.
Met Syracuse wordt vrede gesloten, maar dat duurt niet
lang. Alweer in 406 v.C moet Carthago opnieuw in actie komen.
Werner Huss (Die Karthager) geeft het begin weer van de
nieuwe confrontatie (blz.73):
“In der nähe von
Eryx traf sie (das Aufklärungsgeschwader) auf die etwa gleich starke
Syrakosische Flotte, die auf die Nachricht von ihrer überfahrt hinn
herbeigeeilt war, um eine Schlacht zu schlagen. Die Karthager verloren 15
Schiffe. Auf die Nachricht von der Niederlage der Vorausabteilung hin lief
Hannibal selbst mit 50 Schiffe aus um die Scharte auszuwetzen und die überfahrt
zu sicheren. Er hatte Erfolg.”
De hoofdmacht van de Carthagers landt echter heel ergens
anders, namelijk bij Akragas, dat ze na lange tijd uiteindelijk zullen
innemen onder de leiding van Himilco. Vervolgens is Gela aan de beurt en dan
vindt de nieuwe tiran van Syracuse, Dionysios I, het tijd om maar weer even
vrede te sluiten met de Carthagers.
|
Drepana & Eryx part 3
================
The Greek
penetrations.
---------------------------
Thucydides
(VI, 2) describes it as follows:
"But
when the Greeks in large numbers came sailing over the sea, they left (the
Phoenicians) most of those places and confined themselves to Motua and Soleis
and Panormos in the region of Elumers and held that in possession, relying on
their alliance with the Elumers and the fact that from there the shortest
crossing was from Carthage to Sikelia. "
If the
Greeks were now stopped at the region of Elymians, everyone could have been
satisfied with this division of Sicily.
Their advance, however, went ahead and would lead to numerous confrontations.
Pentathlos is circa 580 BC, the first Greek who passed Selinous trying to
establish there a settlement. He is driven away by the combined armies of
Phoenicians and Elymians. Dorieus is somewhere between 520 and 510 V C, the
next and has Eryx itself on the eye.
Herodotus
(V, 43): "..... he got from Anticharès, a man of Eloon, the council on the
basis of the oracles of Laios to settle in Herakleia in Sicily; it declared that the entire area
of Eryx belonged to the Hérakleiden because Herakles himself had acquired
it. When he heard that, he went to Delphoi to ask the oracle whether the area,
where he was on his way, would be conquered by him. The Pythia prophesied that he would conquer
it. Then Dorieus put the fleet, which he had taken to Libya,
heading to Italia. "
Dorieus
has an oracle needed to gather enough mental resilience in this bold venture.
But this time the invading Greeks are also beaten, as Werner Huss shows in
"Die Karthager" (page 29):
"Along
with his compatriots Thessalos, Paraibates, Kelees and Euryleon he sailed to
the West and sought near the Eryx to gain a foothold. There he founded an Apoika
that he named Heraclea.
Soon, however, he met the determined resistance of Segesteans who asked Carthage for help. The
conflicting interests erupted in a battle in which the Spartans were defeated.
Of the leading men alone Euryleon escaped with his life. "
(translated
from german).
Significantly,
for the first time Carthage itself directly
intervene in Sicily.
Also notable is that it talks of Segesta
and not of Elymians.
Carthage has now entered into alliances
with various Greek tyrants on the island. When one of these befriended
tyrants is driven away by an enemy tyrant from Himera, Carthage came to intervene. In 480 BC it
comes to a confrontation at Himera, where the army of Hamilcar is defeated by
the combined forces of Himera, Gela and Syracuse. This has
major consequences for the region of the Elymians because Carthage retreats to the African
hinterland. Only the Phoenician settlements Motya, Panormus and Solus (Kafer)
can still count on Carthaginian support. From 480-410 BC the area around Segesta should see to
survive on their own. On the issue of coins is the changed situation to see.
B.H.Warmington (Carthage, pp 84-85) makes the following comments on that:
“It is true that officials of Elymian Eryx
came to be called by the Carthaginian name ‘sufets’ and her coins to carry
Phoenician legends……. In the fifth century, Elymian Eryx had coins similar to
those of the Greek cities, with legends in Greek…. The coinage of Segesta also stopped at
the end of the fifth century, and the coins of Eryx subsequently carried
Phoenician legends.”
At that
time, the city is increasingly in conflict with the Greek city Selinous.
In
desperation Segesta asked Athens to intervene. Athens hesitates, but kicks in a trick,
applying by the Segestians. This is described by Thucydides (VI, 46):
"The
Segestians now had the following cunningly concocted that time, when the
first ambassadors of the Athenians came to them to make themselves aware of
the funds. They had brought them to the temple of Aphrodite in Erux and
showed them the votive offerings, bowls, pour-jugs and incense vessels and
other paraphernalia of a considerable size, which being of silver showed
worth much more to the eye than the low monetary value they represented; and
in particular they had done meals for the rowers and there gold and silver
cups from Segesta itself brought together and borrowed from the neighbouring
Phoinikian and Hellenic cities and screened again at the banquets as their
private property and all there for the majority used the same stuff and there
seemed to be everywhere many, put the triage Athenians into astonishment and
returned to Athens they made so much noise by as much value as they had seen
there. "
The
deception comes naturally once, but then the Athenian fleet is already around
Sicily and it comes to a showdown on the
walls of Syracuse.
Meanwhile Carthage
keeps quiet as a mouse and the Greeks let themselves (Ionians against
Dorians) fight. This eventually leads to a disastrous defeat of the
Athenians. Only after that happened Carthage came in action
to intervene.
Hannibal,
the son of Mago, lands in 410 BC with a strong expeditionary force in Western Sicily and eliminates Selinous and Himera in
succession. Whole western Sicily
now will form the Carthaginian epikratie, which would includes the Elymian
area and Selinous.
With Syracuse is made peace,
but not for long. Already in 406 BC Carthage
is forced back into action.
Werner
Huss (Die Kart Hager) indicates the beginning again of the new confrontation
(p.73):
"In
the vicinity of Eryx met (the Reconnaissance Wing) on approximately the same
strong Syrakosian fleet that was rushed there on the news of her crossing and
was ready to fight a battle. The Carthaginians lost 15 ships. At the news of
the defeat of the advance party Hannibal
ran himself out with 50 ships to wipe out the stain and the crossing to
secure. He was successful. "
(translated
from german).
However, the
main force of the Carthaginians landed somewhere else, namely in Akragas, which
they will occupy eventually after a long time under the leadership of
Himilco. Then it is Gela's turn and then the
new tyrant of Syracuse,
Dionysius I, thinks the time is there to make peace for a while with the
Carthaginians.
|